BEL OF APP (+31) 6 105 123 52
fishing_girl

Met welke worm heb ik te maken?

Met welke worm heb ik te maken?

Is dit een strooisel-,  bodemwoelers of een diepgraver?

Er zijn wereldwijd wel zo’n 3000 soorten regenwormen die verspreid zijn over 24 families. Hoe wormen worden getypeerd is per land verschillend. In Nederland en Duitsland heeft de naam ‘regenwormen’ betrekking op de wormen die voornamelijk na een regenbui te zien zijn. Dit zijn wormen uit de familie Lumbricidae.

In Engeland wordt de naam aardworm (earthworm) gebruikt. Hieronder vallen alle regenwormen, maar ook de wormen uit de familie Oligochaeta, wat ringwormen zijn. Zij hebben extra borsteltjes op het lichaam waarmee zij zich dieper kunnen ingraven in vochtige bodems. Dit in tegenstelling tot regenwormen, die meer aan de oppervlakten zitten in strooisel & bladeren.

Regenwormen komen over de hele wereld voor op alle plaatsen, die niet te droog of te koud zijn. Als afstammelingen van zoetwaterorganismen zijn ze aangepast aan het leven in vochtige bodems.

Wormen ademen via hun huid, wat ervoor zorgt dat ze in moeilijke locaties zoals rivierbedden of overstroomde gebieden goed kunnen overleven. Dit getuigt dat ze echte oer-beestjes zijn.

De meeste mensen weten wel dat wormen koudbloedig zijn, wat wil zeggen dat als het koud is dat ze minder actief zijn. Ook hebben wormen een uniek mechanisme als ze bloot worden gesteld aan langere periodes qua droogte. Wormen die aan de oppervlakte leven gaan dan iets unieks doen. Zij trekken zich dan in zogenaamde rustkamers. Deze rustkamers bevinden zich diep in de grond tot wel zo’n drie meter diepte. In deze rustkamers gaan de wormen in een rusttoestand het vochtgehalte en het metabolisme verminderen (quiëscentie) waardoor zij deze periode van droogte kunnen overleven. De wormen die dieper in de grond leven gaan in een hormonaal gestuurde rustperiode (diapauze) om te overleven.

Daarnaast hebben wormen nog iets unieks bedacht om te overleven als soort. Wormen die aan de oppervlakte leven kunnen zich heel snel vermenigvuldigen in tegen stelling tot wormen die dieper in de grond zitten. Immers, de wormen aan de oppervlakte zijn een heerlijk hapje voor vele diersoorten.

Denk hierbij aan gevogelte zoals de merel, kraai en roodborstje. Zelf zeer grote roofvogels zoals de buizerd eet regenwormen als zij in voedselarme periode zitten.

Ook kleine zoogdieren zoals egels, muizen, mollen, dassen en vossen vinden hun heerlijk. Daarnaast zijn er insecten waaronder kevers, naaktslakken en platwormen die jacht maken op wormen. Naast gewervelde dieren zijn er ook veel ongewervelde dieren op jacht naar wormen te weten: loopkevers, duizendpoten, bloedzuigers.

Verschillende soorten wormen

Aan de hand van bovenstaande aanpassingsvermogen van de wormen zouden ze kunnen worden ingedeeld in drie groepen: de strooiselwormen, de bodemwoelers en de diepgravers.

Aan de hand van bovenstaande aanpassingsvermogen van de wormen zouden ze kunnen worden ingedeeld in drie groepen: de strooiselwormen, de bodemwoelers en de diepgravers.

Strooiselwormen
Strooiselwormen leven in organisch materiaal aan het bodemoppervlak zoals in strooisel, compost, mest en rottend hout. Ze hebben onvoldoende spierkracht om gangen in de bodem te graven. Deze wormen zijn echte afvaleters, zij leven van dood organisch plantaardig materiaal.Deze wormen hebben het vermogen zich snel voor te planten. Ze staan aan de basis van de voedselketen van vele dieren. Sommige soorten zijn zeer populair voor de compostering (bv. Eisenia fetida of mestworm) en daarom worden ze ook wel compostwormen genoemd.

Bodemwoelers
De Bodemwoelers leven in de bodem. Ze voeden zich met de karige voedingsstoffen die aanwezig zijn in planten en dierenresten die nog in de bodem aanwezig zijn. Om voldoende voedingsstoffen op te nemen moeten ze daarom enorme hoeveelheden grond door hun darmkanaal laten passeren. Al etend graven ze zich dus een weg door de bodem. Hun gangenstelsels lopen min of meer horizontaal in de bovenste 20 à 30 cm van de bodem.  In ongunstige omstandigheden zoals bij extreme droogte gaan ze over naar een rusttoestand waarbij het vochtgehalte en het metabolisme sterk vermindert (quiëscentie). Gezien ze weinig of niet aan predatie door vogels blootstaan, hebben ze geen donkerrode of zwart schutkleur. Ze zijn meestal beige, roze, grijs of soms groenachtig van kleur.

Diepgravers
Anekische wormen leven in permanente, verticale gangenstelsels in de bodem, maar voeden zich ’s nachts aan het oppervlak met strooisel. Vaak wordt het strooisel in de gangen getrokken en pas verorberd nadat het vochtiger is geworden en of gedeeltelijk verteerd is door bacteriën. Deze wormen zijn relatief groot (1 à 10 g versgewicht) met aanzienlijke spierkracht, die in grote mate bijdragen aan de strooiselafbraak. Zij hebben ook zeer goede graafcapaciteit, ze worden ook wel de ploegen van de akkers genoemd! Ze zijn langlevend en planten zich slechts traag voort. Om de zomerdroogte te overleven gaan ze in een hormonaal gestuurde rustperiode (diapauze). Aangezien deze wormen zich ’s nachts voeden is dit het tijdstip dat ze ook blootgesteld zijn aan dieren die hun op het menu hebben staan. Om zich te beschermen hebben deze wormen een donkere of zwarte schutkleur op hun rugzijde

In tabel 1 wordt de kenmerken van de wormen schematische weergegeven. Naast deze indeling kan gezegd worden dat in werkelijkheid de grenzen tussen de ecologische categorieën niet haarscherp zijn. Sommige wormen vertonen kenmerken van twee categorieën.

Op zoek naar wormen? Kies voor Sportworms

Met de bovenstaande blog heb ik inzicht gegeven in de type wormen op basis van hun gedrag en eigenschappen die zij hebben.

Zoekt u een specifieke worm voor het vissen, composteren of als bodemverbeteraar? Dan kunt u bij Sportworms terecht. Bekijk onze webshop voor het assortiment.

Wormen

Tabel 1. Overzicht van de kenmerken van de ecologische categorieën van regenwormen

 

Meer weten?

Wij helpen je graag verder!

Blog & nieuws

De laatste ontwikkelingen